profiel_210X170
Fotografie: Anja van Wijgerden

Marlies Batelaan

Welkom

Ruim twintig jaar schrijf ik over eten en drinken; eerst tien jaar voor Tip Culinair en vervolgens tien jaar voor Libelle. Na deze plezierige jaren bij beide tijdschriften vond ik het tijd worden voor iets anders. Omdat er veel te vertellen is over goede culinaire zaken en ik volop ideeën heb is deze site ontstaan. Een plek voor lekkere recepten, eerlijke wijnen, boeken, restaurants en producten en producenten die er toe doen.
Geniet ervan!

Ceviche is een heerlijk fris visgerecht dat zijn oorsprong kent in Latijns-Amerika, met name in Peru wordt het veel gegeten.
Het is in ons land een trendy gerecht op dit moment, want het staat in veel restaurants op de kaart.
Het belangrijkste ingrediënt is heel verse rauwe vis en deze ‘gaart’ als het ware in een zure marinade, die in Peru tijgermelk wordt genoemd.
Het marineren duurt maar kort, 8-10 minuten is voldoende, anders wordt de vis té zuur.
Voor dit gerecht heb ik me laten inspireren door het boek Bart’s Fish Tales van Bart van Olphen.
Ik gebruik kabeljauw, maar met zeebaars of dorade is ceviche ook erg lekker.
Zelfs met zalm of tonijn lukt het.

voorgerechten

Ceviche van kabeljauw

INGREDIENTEN
  • circa 350 gram verse kabeljauw (of zeebaars) zonder vel
  • 1 kleine rode ui
  • 0,25 granaatappel
  • 4 limoenen
  • 1 rode peper zonder zaadjes
  • 2 theelepels geraspte verse gemberwortel
  • zout, peper
  • flinke handvol korianderblaadjes
BEREIDING

Snijd de vis in schuine 'éénhaps' stukjes van circa 0,5 centimeter dik.
Snijd de ui in flinterdunne halve ringen en maak de pitjes los uit het stuk granaatappel. Zet de ui en granaatappelpitjes even apart.
Pers de limoenen uit en snijd de rode peper in heel fijne stukjes.
Meng het limoensap met de rode peper en de gember en breng dit op smaak met wat zout.
Voeg de stukjes vis toe en schep alles goed om.
Marineer de vis 8-10 minuten, schep het mengsel tussentijds nog een keer om.
Neem de vis uit de marinade en verdeel de stukjes over een schaal of over vier borden.
Druppel er een beetje van de marinade over en garneer met uiringen, granaatappelpitjes en koriander.
Maal er eventueel nog wat zwarte peper over.
Serveer direct.

Voor 4 personen

In het Italiaanse Bologna eten ze graag pasta met vleessauzen, zoals de bekende Bolognese saus, maar ook deze romige saus met verse worst is er heel populair.
Het is een gemakkelijk pasta voor een ‘luie’ zaterdag, je hebt slechts enkele ingrediënten nodig en het gerecht staat in 25 minuten op tafel.
Je kunt de worst gebruiken die jezelf het lekkerst vindt, de gewone Hollandse saucijs volstaat, maar een extra lekker Italiaans vers worstje met venkelzaad kan natuurlijk ook.
Kies een kleine pastasoort met ‘holletjes’, daar kan de saus zo lekker inkruipen.

hoofdgerechten

Pasta met verse worst

INGREDIENTEN
  • 1 kleine rode ui
  • 20 gram roomboter
  • 1 eetlepel olijfolie
  • circa 300 gram verse worst
  • 1,25 deciliter slagroom
  • zout, peper
  • 350-400 gram kleine pasta
  • vers geraspte Parmezaanse kaas
BEREIDING

Snijd de ui fijn en bak deze circa 10 minuten in een mengsel van boter en olie.
Haal het vel van de worst en verkruimel de worst zo fijn mogelijk.
Voeg de worst bij de ui en bak deze 8-10 minuten mee.
Voeg de slagroom toe en laat de saus iets inkoken.
Breng op smaak met peper en eventueel een beetje zout.
Kook intussen de pasta volgens de gebruiksaanwijzing op de verpakking beetgaar in ruim kokend water met zout.
Schep de uitgelekte pasta door de saus en serveer direct.
Serveer er wat vers geraspte Parmezaanse kaas bij.

Voor 4 personen

De echte Hollandse witte asperges zijn er maar drie maanden en in deze periode probeer ik er zoveel mogelijk van te profiteren.
Nu eet ik ze het liefst puur, maar zo nu en dan maak ik deze lekkere mousse, een succesgerecht met een intense aspergesmaak.
Je kunt het gerecht uitbreiden met plakjes gerookte zalm of gravad lax.
En vergeet vooral ook de salsa verde niet, deze zilte, kruidige saus is er verrukkelijk bij.

voorgerechten

Aspergemousse

INGREDIENTEN
  • 500 gram witte asperges
  • zout, peper
  • 5-6 blaadjes witte gelatine
  • 2 deciliter slagroom

voor de salsa verde:

  • 6-8 eetlepels fijngesneden kruiden (bladpeterselie, kervel, dille, bieslook)
  • 2 eetlepels kappertjes, uitgelekt
  • 1 theelepel mosterd
  • 4 eetlepels olijfolie
  • 1-2 theelepels citroensap
BEREIDING

Schil de asperges en verwijder het houtige uiteinde.
Kook de groente in ruim kokend water met zout in 12-14 minuten gaar, de asperges moeten langer koken dan normaal, omdat ze heel gaar moeten zijn.
Pureer de asperges en wrijf de puree met een houten lepel door een zeef om de eventuele draden te verwijderen.
Week de blaadjes gelatine circa 5 minuten in ruim koud water.
Knijp ze goed uit en laat ze 'smelten' in een pannetje boven heel zacht vuur.
Roer de gesmolten gelatine door de aspergepuree en laat dit goed afkoelen, eventueel in de koelkast, tot het mengsel nét stijf begint te worden.
Klop de slagroom stijf en spatel deze door de aspergepuree, breng op smaak met zout en peper.
Schep het aspergemengsel in vier, met water omgespoelde, souffléschaaltjes en strijk de bovenkant glad. Laat de mousse minstens 4 uur in de koelkast opstijven.
Stort de mousse op borden, houd daarvoor de schaaltjes heel even in lauwwarm water, de mousse komt dan los van de bodem en zijkanten.
Meng voor de salsa verde de kruiden met de fijngesneden kappertjes, de mosterd, olijfolie en citroensap en breng dit op smaak met zout en peper.
Geef de salsa verde bij de mousse en eventueel ook enkele plakjes gerookte zalm of gravad lax.

Voor 4 personen

Het Nederlands Aspergecentrum heeft 6 mei, vandaag dus, uitgeroepen tot de Dag van de Asperge!
Op deze manier hoopt de sector extra aandacht te krijgen voor dit mooie product en daar wil ik graag aan meewerken, vandaar dit aspergegerecht.
Een heel gemakkelijk gerecht deze keer, maar o zo smakelijk; asperges met gebakken ei en Parmezaanse kaas.

hoofdgerechten

Asperges op z’n Italiaans

INGREDIENTEN
  • 16-20 dikke asperges
  • zout
  • 4 verse eieren
  • olijfolie
  • circa 100 gram vers geraspte Parmezaanse kaas
BEREIDING

Schil de asperges en verwijder het stugge stukje aan de achterkant.
Breng ruim water met een beetje zout aan de kook en voeg de asperges toe zodra het water kookt.
Leg een dubbelgevouwen schone doek op de asperges en dek de pan af.
Wacht tot het water weer kookt en neem dan de pan direct van het vuur.
Laat de asperges, afgedekt, in het hete water 8-12 minuten garen afhankelijk van de dikte en van hoe gaar u ze wenst.
Ik houd zelf van een lekkere beet en dan is circa 8 minuten voldoende.
Bak de eieren in een koekenpan, laat de dooiers heel.
Laat de asperges goed uitlekken op een schone, droge doek en verdeel ze over 4 borden.
Druppel er wat olijfolie over en strooi er de helft van de kaas over.
Leg op de asperges een gebakken ei en bestrooi deze ook met kaas.
Eventueel kan er nog een sliertje olijfolie over.
Serveer direct met lekker brood of geroosterde of gebakken aardappelen.

Voor 4 personen

Nogmaals een ‘oranje’ lekkernij met het oog op Koningsdag, een sinaasappelcake waarin de sinaasappel op drie manieren is verwerkt; de geraspte schil en als marmelade en likeur.
Het resultaat is een heerlijk frisse cake die eventueel nog gegarneerd kan worden met heel dunne plakjes gekonfijte sinaasappelschil.
Echt nodig is het garneren niet, de cake is zo al lekker genoeg, maar voor de liefhebbers geef ik het recept erbij.

zoet

Sinaasappelcake

INGREDIENTEN
  • 250 gram zachte roomboter
  • 175 gram fijne tafelsuiker
  • 5 eieren, gesplitst
  • 3 eetlepels sinaasappelmarmelade
  • geraspte schil van 1 sinaasappel
  • 3 eetlepels sinaasappellikeur
  • zout
  • 250 gram gezeefde bloem
  • 1,5 theelepel bakpoeder
BEREIDING

Klop de boter met de suiker tot een licht en romig mengsel, dit kan ook met de handmixer.
Klop de eidooiers er één voor één door en roer er vervolgens de marmelade,
si­naasappelrasp en -likeur door.
Klop de eiwit­ten stijf­ met een snufje zout. Meng bloem en bak­poe­der.
Spatel de eiwitten en het bloemmengsel afwis­selend in gedeel­ten voorzichtig door het eidooi­ermengsel.
Schep het beslag in een ingevette langwerpige grote cakevorm en bak de cake in 50-60 minuten goudgeel en gaar in het midden van een voorverwarmde oven op 175°C.  Schakel de oven na 15 minuten terug naar 160°C.
Als een, in de cake gestoken, pri­kker er schoon uitkomt is de cake gaar.
Laat de cake in de vorm iets afkoelen, haal hem daarna uit de vorm en laat hem op een rooster verder afkoelen.
Garneer de bovenkant van de cake eventueel met plakjes gekonfijte sinaasappel.

Voor circa 20 plakken

Gekonfijte sinaasappel: Snijd 1 sinaasappel met schil in zo dun mogelijke plakjes.
Breng 250 gram kristalsuiker met 2 deciliter water aan de kook tot de suiker is opgelost.
Leg de plakjes sinaasappel voorzich­tig in de suikerstroop en laat ze op zacht vuur circa 20 minuten tegen de kook aan trekken.
Laat de plakjes in de suiker­stroop afkoe­len en daarna op een rooster uitlek­ken.

Koningsdag vraagt om iets lekkers uit de oven en dan natuurlijk iets met een vleugje oranje.
Vandaar dat ik deze haverkoekjes met geraspte sinaasappelschil bak.
Het is een royaal recept voor zeker 60 koekjes, twee tot drie bakplaten vol, maar het is echt de moeite waard, want de koekjes zijn heerlijk, je kunt er niet vanaf blijven.
Het recept kan natuurlijk altijd gehalveerd worden.

zoet

Haverkoekjes met sinaasappel

INGREDIENTEN
  • 150 gram roomboter
  • 200 gram donkere basterdsuiker
  • 2 grote eieren
  • 2 eetlepels slagroom
  • 400 gram bloem
  • 100 gram grof gehakte walnoten of hazelnoten
  • 2 theelepels geraspte sinaasappelschil
  • 125 gram havervlokken
BEREIDING

Smelt de boter, maar laat deze niet te warm worden.
Roer van het vuur af de suiker, eieren en slagroom erdoor.
Roer er vervolgens de bloem, noten, sinaasappelschil en havervlokken door, het wordt een stevig deeg.
Schep met een dessertlepel hoopjes deeg op met bakpapier beklede bakplaten, laat voldoende ruimte tussen de hoopjes, want het deeg vloeit uit tijdens het bakken.
Strijk de hoopjes deeg met de achterkant van de lepel iets plat.
Bak de koekjes in 12-15 minuten krokant en goudgeel in het midden van een voorverwarmde oven op 200°C.
Laat ze op een rooster afkoelen.

Voor circa 60 koekjes