Bij Pasen past kippensoep, vers gemaakt van een echte soepkip of van kipdelen.
Het kost even wat tijd om de bouillon zelf te trekken, maar u kunt in die tijd andere dingen doen en het zelfs al een dag van tevoren maken.
Vindt u het toch allemaal teveel gedoe, maak dan een snelle kippensoep met bouillon uit een pot of bouillon gemaakt van een bouillontablet en voeg circa 500 gram in reepjes gesneden kipfilet toe aan de hete bouillon direct met de verse groenten. Laat de soep 7-8 minuten zachtjes koken en roer dan de vermicelli en kruiden erdoor volgens recept.
Maar geloof me, deze zelfgemaakte versie is stukken lekkerder.
Serveer het als voorgerecht of, een extra grote portie, als maaltijdsoep.
voorgerechten
INGREDIENTEN
voor de bouillon
- 1 soepkip van 1-1,25 kilo of 1,25 kilo kipdelen
- 2 preien
- 2 worteltjes
- 3 stengels bleekselderij
- 3 kruidnagels
- 1 ui, gehalveerd
- circa 5 peterseliestelen
- 2 teentjes knoflook
- 2 takjes tijm
- 3 blaadjes laurier
- 2 stukjes foelie
- 10 zwarte peperkorrels
voor de soep:
- 3-4 worteltjes
- 3 stengels bleekselderij
- 2 preien
- 1 grote venkelknol
- 100-150 g dunne vermicelli
- zout, peper
- 4-6 el fijngesneden kruiden (platte peterselie, maggiplant, bladselderij)
BEREIDING
Bouillon
Doe de kip in een grote pan en schenk er circa 3 liter water bij, de kip moet onderstaan.
Snijd de prei, wortel en bleekselderij in stukken.
Steek de kruidnagels in de ui en leg dit in de pan samen met de peterseliestelen, prei, wortel en bleekselderij.
Breng het water aan de kook en schuim het enkele keren af tot het helder is.
Voeg dan de gehalveerde teentjes knoflook toe samen met tijm, laurier, foelie en gekneusde peperkorrels.
Laat de bouillon op zacht vuur in open pan circa 2 uur trekken.
Schenk de bouillon door een fijne zeef, gooi de gare groenten weg, die hebben hun smaken afgestaan aan de bouillon.
Verwijder het vel en de botten van de kip en verdeel het kippenvlees in stukken.
Soep
Snijd de wortel, bleekselderij, prei en venkel in mooie reepjes of stukjes.
Breng de bouillon opnieuw aan de kook en voeg de klein gesneden groenten toe, laat ze 4-6 minuten koken tot ze beetgaar zijn.
Voeg de vermicelli toe en kook dit enkele minuten mee.
Breng de soep op smaak met zout en peper en roer het kippenvlees en de kruiden erdoor.
Verwarm alles goed en serveer.
Voor 4-8 personen
Om het Indonesische eiergerecht sambal goreng telor van gisteren completer te maken en van groente te voorzien maak ik vandaag een sajoer, samen met rijst eet u dan een lekkere ieni-mini-rijsttafel.
Ik maak het deze keer met gemengde groenten, maar op dezelfde manier kunt u een sajoer maken van één soort groente, bijvoorbeeld alleen van kool of alleen sperzieboontjes.
Snijd de groenten in verschillende maten, zo dat ze tegelijkertijd gaar zijn, de groenten die een langere kooktijd nodig hebben, moeten dus iets kleiner gesneden worden.
Salam is een blad, het wordt ook wel Indonesisch laurier genoemd, u vindt het bij de toko, evenals de galangawortel en de goela djawa.
bijgerechten
INGREDIENTEN
- 5 sjalotjes
- 2 teentjes knoflook
- 1 rode peper
- 1 theelepel garnalenpasta (trassi)
- 0,5-1 theelepel goela djawa
- 2 schijfjes galangawortel (laos) à 2 centimeter
- 600 gram gemengde groenten (witte kool, sperziebonen, wortel, peultjes, broccoli)
- 2 eetlepels zonnebloemolie
- 3 blaadjes salam
- 4-5 deciliter kokosmelk
- zout
BEREIDING
Snijd de sjalotjes, knoflook en rode peper in grove stukken en maak deze samen met de garnalenpasta, en goela djawa fijn in een vijzel of keukenmachine.
Schil de galangawortel en snijd de groenten in reepjes.
Verhit de olie in een wok of braadpan en bak hierin het sjalottenmengsel circa 5 minuten.
Voeg de salamblaadjes, galangawortel, kokosmelk, groenten en wat zout toe en laat het mengsel 4-8 minuten zachtjes koken tot de groenten gaar zijn.
Lekker met de eieren in kokossaus en rijst.
Voor 4 personen
Noodrantsoen noem ik het; een prei, enkele worteltjes, een stukje bloemkool en wat verse kruiden als selderij en peterselie.
En als het nog makkelijker moet is een zak voorgesneden soepgroente ook een mogelijkheid, maar geloof me… vers gesneden is het toch echt lekkerder.
Samen met wat groentebouillon, en dat kan ook een (liefst biologische) groentebouillontablet zijn, maakt u van dit noodrantsoen in slechts twintig minuten een geurige groentesoep die nog verrijkt kan worden met (restjes) vleeswaar of kaas.
Ook voor onverwachte eters is dit een uitkomst.
voorgerechten
INGREDIENTEN
- circa 400 gram soepgroenten (prei, wortel, bloemkool)
- 2 eetlepels olijfolie
- 1,5 liter groentebouillon
- 2-4 eetlepels fijngesneden kruiden (bladselderij en platte peterselie)
BEREIDING
Snijd de prei in dunne ringen, de wortel in blokjes en de bloemkool in kleine stukjes.
Verhit de olie in een pan met dikke bodem en bak hierin de groenten al omscheppend 3-4 minuten.
Voeg de bouillon toe, breng aan de kook en laat 5-8 minuten zachtjes koken tot de groenten beetgaar zijn.
Kook de kruiden de laatste minuut mee.
Voor 4 personen
Bagna Càuda is een warme dip gemaakt van ansjovis, boter, olijfolie en knoflook, het vindt zijn oorsprong in het Italiaanse Piemonte.
De dip moet tijdens het serveren warm blijven en daarvoor zijn de kleine tapasfonduesets van Boska (zie ‘en ook nog/op tafel’) ideaal, op het waxinelichtje blijft de pittige dip precies goed op temperatuur.
In dit gerecht ‘smelt’ je de ansjovisfilets als het ware, zodat het een vloeibaar mengsel wordt.
Ga voor Bagna Càuda op zoek naar de beste ansjovisfilets, het liefst de visjes die zijn ingelegd in zout, deze zijn vrijwel altijd van een betere kwaliteit dan de visjes op olie.
Kun je ze niet vinden, gebruik dan de allerbeste visjes op olie en spoel deze even onder de stromende kraan, waarna je ze goed droogdept.
Ansjovis op zout spoel je overigens ook eerst af voordat je ze gebruikt.
Serveer de warme dip met verschillende rauwe en beetgaar gekookte groenten, bijvoorbeeld bleekselderij, wortel, asperge en paprika. Je kunt er ook blaadjes (veld)sla, rucola, waterkers en witlof in dippen.
hartig
INGREDIENTEN
- 100 gram ansjovisfilets van goede kwalitei,
het liefst ingelegd met zout, anders op olie
- 2-3 teentjes knoflook
- 50 gram roomboter
- 1-1,5 deciliter olijfolie
BEREIDING
Spoel de visjes onder de stromende kraan en dep ze goed droog. Snijd ze zo fijn mogelijk.
Druk de teentjes knoflook door een pers of wrijf ze heel fijn op zo'n Provençaals aardewerken knoflookraspje.
Verwarm de knoflook circa 10 minuten in de boter met de olie in een kleine, stevige pan op heel zacht vuur, druk steeds met een houten lepel op de knoflook, zodat hij als het ware smelt.
Voeg dan de ansjovis toe en blijf drukken met die lepel, zodat ook de ansjovis smelt. Laat het vuur heel laag staan, het mengsel mag niet gaan bakken.
Schep de bagna càuda, als de visjes gesmolten zijn, in zo'n tapasfondueschaaltje (of ander schaaltje dat warm gehouden kan worden), houd de dip warm op het waxinelichtje en serveer het als hapje of voorgerecht samen met bijvoorbeeld reepjes rauwe groenten als bleekselderij, paprika, venkel en wortel of beetgaar gekookte groenten als asperges, bloemkool en broccoli.
Ook blaadjes witlof, sla, rucola of waterkers kun je in het warme bad dippen.
Voor 4-6 personen
Pistou is, net als pesto, een basilicumsaus, deze keer niet uit Italië, maar uit de Franse Provence.
De saus wordt daar gebruikt in een heerlijke, gevulde groentesoep; de ‘soupe au pistou’.
Zoals met veel Franse gerechten het geval is kent ook deze soep weer veel verschillende variaties, elke Provençaalse familie heeft wel een eigen recept.
Je kunt er zelf ook mee variëren en de groenten gebruiken die je lekker vindt en die in het seizoen passen.
De pistou, van basilicum, knoflook, Parmezaanse kaas, tomaten en olijfolie gaat op het allerlaatste moment door de soep en dat maakt hem zo verrukkelijk.
Soupe au pistou is zo royaal gevuld dat het een maaltijdsoep is en zo eet je hem ook in Zuid-Frankrijk. Als je wordt uitgenodigd voor een soupe au pistou dan is dat het gerecht waar de maaltijd om draait.
hoofdgerechten
INGREDIENTEN
- 2 aardappelen
- 300 gram sperziebonen
- 2 kleine courgettes
- 2-3 stengels bleekselderij
- 400 g gedopte tuinbonen (vers of uit de diepvries)
- 1,5 liter groentebouillon
- 1 blik tomaatblokjes
- 3 blaadjes laurier
- 3 takjes tijm
- 150 gram korte pasta (penne of schelpjes)
- 2 grote rijpe, verse tomaten
- 3 teentjes verse knoflook
- 4 handenvol verse basilicumblaadjes
- 5 el olijfolie
- 100 g vers geraspte Parmezaanse kaas
BEREIDING
Schil de aardappelen en snijd ze in stukjes.
Maak de sperziebonen schoon en breek ze een keer door.
Snijd de ongeschilde courgettes in reepjes en de bleekselderij in plakjes.
Verwijder het vliesje van de tuinbonen als je dat lekker vindt, ze kunnen ook in zijn geheel (wel gedopt natuurlijk) in de soep.
Breng de bouillon of 1,5 liter water aan de kook en voeg de aardappelen, tomaatblokjes uit blik met het vocht, blaadjes laurier en takjes tijm toe.
Kook het mengsel 15-20 minuten. Voeg dan de sperziebonen, selderij en pasta toe en kook de soep tot de pasta bijna beetgaar is.
Voeg dan pas de courgettes en tuinbonen toe, breng op smaak met zout en peper en kook de soep nog enkele minuten.
Maak intussen de pistou; ontvel de verse tomaten en verwijder de zaadjes.
Wrijf in een vijzel de knoflook fijn met de basilicum (of gebruik hiervoor een keukenmachine of blender).
Voeg de tomaten en olijfolie toe en wrijf alles tot een gladde saus. Roer daarna de kaas erdoor.
Roer een flinke lepel pistou door de soep en serveer de rest van de pistou er apart bij om de soep aan tafel extra op smaak te brengen.
Voor 4-6 personen