Alle artikelen met het onderwerp:

lunch

Met de gepofte bietjes die ik gisteren beschreef, is deze salade zo gepiept.
Door de geitenkaas en de verschillende groenten is deze salade goed gevuld en, samen met wat brood, een complete maaltijd.
Vervang de kardemom eventueel door een snufje gemalen komijn.

hoofdgerechten

Bietjessalade met radijs en geitenkaas

INGREDIENTEN
  • 4-6 gepofte, geroosterde of gekookte bietjes
  • bosje radijs
  • 1 handsinaasappel
  • flinke handvol kleine rucolablaadjes
  • 2 eetlepels notenolie
  • 3 eetlepels olijfolie
  • 2-3 theelepels geraspte mierikswortel of mosterd
  • snufje gemalen kardemomzaadjes
  • 2 eetlepels fijngesneden bieslook
  • 2-3 eetlepels sinaasappelsap
  • zout, peper
  • 200 gram verse geitenkaas of feta, verkruimeld
BEREIDING

Ontvel de bietjes en snijd ze in reepjes.
Snijd de radijsjes in plakjes.
Schil de sinaasappel dik, zodat ook het witte deel van de schil wordt verwijderd en snijd vervolgens de partjes vruchtvlees tussen de vliezen los.
Meng de bietjes, radijsjes, sinaasappel en rucola, doe dit voorzichtig, anders wordt de salade rood door het sap dat de bietjes loslaten.
Roer een dressing van beide oliesoorten, mierikswortel of mosterd, kardemom, bieslook, sinaasappelsap en zout en peper naar smaak.
Druppel de dressing over de salade en verkruimel de kaas erover.
Serveer direct.

Voor 4 personen

Ceviche is een heerlijk fris visgerecht dat zijn oorsprong kent in Latijns-Amerika, met name in Peru wordt het veel gegeten.
Het is in ons land een trendy gerecht op dit moment, want het staat in veel restaurants op de kaart.
Het belangrijkste ingrediënt is heel verse rauwe vis en deze ‘gaart’ als het ware in een zure marinade, die in Peru tijgermelk wordt genoemd.
Het marineren duurt maar kort, 8-10 minuten is voldoende, anders wordt de vis té zuur.
Voor dit gerecht heb ik me laten inspireren door het boek Bart’s Fish Tales van Bart van Olphen.
Ik gebruik kabeljauw, maar met zeebaars of dorade is ceviche ook erg lekker.
Zelfs met zalm of tonijn lukt het.

voorgerechten

Ceviche van kabeljauw

INGREDIENTEN
  • circa 350 gram verse kabeljauw (of zeebaars) zonder vel
  • 1 kleine rode ui
  • 0,25 granaatappel
  • 4 limoenen
  • 1 rode peper zonder zaadjes
  • 2 theelepels geraspte verse gemberwortel
  • zout, peper
  • flinke handvol korianderblaadjes
BEREIDING

Snijd de vis in schuine 'éénhaps' stukjes van circa 0,5 centimeter dik.
Snijd de ui in flinterdunne halve ringen en maak de pitjes los uit het stuk granaatappel. Zet de ui en granaatappelpitjes even apart.
Pers de limoenen uit en snijd de rode peper in heel fijne stukjes.
Meng het limoensap met de rode peper en de gember en breng dit op smaak met wat zout.
Voeg de stukjes vis toe en schep alles goed om.
Marineer de vis 8-10 minuten, schep het mengsel tussentijds nog een keer om.
Neem de vis uit de marinade en verdeel de stukjes over een schaal of over vier borden.
Druppel er een beetje van de marinade over en garneer met uiringen, granaatappelpitjes en koriander.
Maal er eventueel nog wat zwarte peper over.
Serveer direct.

Voor 4 personen

Witlof komt bij mij meestal als salade of gebakken op tafel, ik houd ervan als de groente stevig en zo knapperig mogelijk blijft.
Af en toe maak ik een uitzondering en bereid ik deze kleine schaaltjes met romige witlof en eieren als voorgerecht of warm hapje bij de lunch.
De schaaltjes gaan in de oven in een braadslede met heet water, au bain-marie dus.
Op deze manier blijft het gerecht smeuïger en garen de eitjes regelmatiger.

voorgerechten

Witlof met eitjes

witlof met ei
INGREDIENTEN
  • 600 gram witlof
  • 1 teentje knoflook
  • 2 eetlepels olijfolie
  • 2-3 theelepels citroensap
  • 1,8 deciliter crème fraîche
  • zout, peper
  • 1-2 theelepels fijngesneden dille
  • 1-2 eetlepels fijngesneden bieslook
  • 2 eetlepels vers geraspte Parmezaanse kaas
  • 4-6 eieren
BEREIDING

Snijd de witlof in reepjes en pers de knoflook.
Verhit de olie op middelhoog vuur en bak hierin de knoflook een halve minuut.
Voeg de witlof toe en bak deze al omscheppend 3-4 minuten.
Zet het vuur wat lager en voeg citroensap, 1,5 deciliter crème fraîche en wat zout en peper toe.
Laat het gerecht 10-15 minuten zachtjes pruttelen tot de saus mooi is ingedikt.
Voeg dille, bieslook en kaas toe en breng eventueel verder op smaak met zout en peper. (Tot zover kunt u het gerecht voorbereiden.)
Verdeel het witlofmengsel over 4-6 hoge ovenschaaltjes (ramekins) en maak in elk schaaltje een ‘holletje’.
Breek in elk holletje een ei en verdeel de laatste 2 eetlepels crème fraîche over de eitjes, strooi er nog wat zout en peper over.
Zet de schaaltjes in een braadslede en vul deze met kokend water tot ongeveer 3/4 deel van de schaaltjes is bedekt.
Laat de eitjes in 10-16 minuten stollen in een voorverwarmde oven op 190°C, het eiwit moet net gestold zijn, maar de dooier mag nog zacht zijn.
Serveer er reepjes geroosterd brood bij.

Voor 4-6 personen

Het recept van Criques Ardéchoises, ‘aardappelkoeken’ uit de Ardèche staat al op de site, dit gerecht is een variatie met kaas en rauwe ham.
In het Franse departement Lot, in de omgeving van Gramat, maken ze graag deze verrijkte krokante aardappelkoeken, ze worden daarom ook wel Criques de Gramat genoemd.
De Fransen bakken zo’n aardappelkoek het liefst in eende- of ganzenvet, maar in reuzel kan het ook. En mocht dit allemaal niet in huis zijn, dan lukt het ook met zonnebloemolie.
Ik vind deze criques het lekkerst als lunch, want door de kaas en de ham wordt het een volledig gerecht, zeker als je er een salade bij serveert.

hoofdgerechten

Aardappelkoekjes met ham en kaas; Criques de Gramat

INGREDIENTEN
  • 350 gram geschilde bloemige aardappelen
  • 100 gram dunne reepjes rauwe ham
  • 60 gram geraspte kaas (Cantal, Comté of belegen Goudse)
  • 1 fijngesneden teentje knoflook
  • zout, peper
  • 1 groot ei
  • bloem
  • bakvet (eende- of ganzenvet, reuzel of zonnebloemolie)
BEREIDING

Rasp de aardappelen op een middel-grove rasp.
Doe dit het liefste met de hand, zodat er zo min mogelijk vocht vrij komt en verwerk ze direct, want ze verkleuren snel.
Dep de aardappelrasp droog met een doek en doe het in een kom.
Roer de ham, kaas en knoflook erdoor en breng op smaak met zout en peper.
Klop het ei los en roer ook deze door het aardappelmengsel.
Verdeel dit mengsel met bebloemde handen in vier delen en vorm elk deel tot een platte koek van circa 2 centimeter dik.
Haal de koeken door de bloem en bak ze in een klein laagje heet vet tot de buitenkant goudgeel en krokant is, de binnenkant mag nog zacht zijn, maar de aardappelen moeten wel gaar zijn.
Bak ze circa 7 minuten aan elke kant en serveer ze met een lekkere salade.

Voor 2 personen

Aardappelsalade, ik ben er dol op, dat heeft u waarschijnlijk al gemerkt, want er staan al verschillende versies op deze site.
Dit is er weer een, een hele lekkere en daarom wil ik hem u niet onthouden.
Ik gebruik hier graag kleine, langwerpige aardappelen voor, die kun je na het koken gemakkelijk in 3 of vier stukken snijden.
Maar kies een vastkokende aardappelsoort die u het lekkerst vindt.
De hoeveelheid citroensap is naar smaak, houd er rekening mee dat de geraspte citroenschil het gerecht ook al de nodige zuren geeft.

bijgerechten

Aardappelsalade met citroen en munt

INGREDIENTEN
  • circa 1 kilo (kleine), vastkokende aardappelen
  • zout, peper
  • 1 volle theelepel mosterd
  • 1 volle theelepel geraspte citroenschil
  • 1-2 eetlepels vers geperst citroensap
  • 4 eetlepels olijfolie
  • 12 kleine zure augurkjes
  • 2 theelepels kleine kappertjes, uitgelekt
  • 1-2 theelepels fijngesneden munt
  • 3 eetlepels fijngesneden bladpeterselie
BEREIDING

Schil de aardappelen en kook ze beetgaar in 18-22 minuten in ruim kokend water met zout.
Roer intussen een dressing van mosterd, citroenrasp, citroensap, olijfolie en zout en peper naar smaak.
Laat de aardappelen uitlekken en snijd ze zo heet mogelijk in niet te kleine stukken.
Schep de aardappelen door de dressing en laat dit samen afkoelen.
Snijd de augurkjes in stukjes en schep ze voor serveren samen met de kappertjes, munt en peterselie door de aardappelen.
Deze salade is heerlijk bij gebakken feta of bij geroosterd vlees.

Voor 4 personen

Waldorf-salade is een echte Amerikaanse klassieker die zijn oorsprong kent in New York, in het Waldorf-Astoria hotel.
Het schijnt dat Oscar Tschirky, de maître d’hotel, de salade eind negentiende eeuw heeft gecreëerd.
Een goede zet, want nog altijd staat de salade op de kaart bij de restaurants in de Waldorf-Astoria hotels wereldwijd.
Zoals met veel gerechten die lang geleden zijn ontstaan, zijn er ook rondom de waldorf-salade een aantal vragen; werd de salade oorspronkelijk met noten bereid en waren dat dan pecan- of walnoten?
Hoe dan ook, zeker is in elk geval dat er bleekselderij en appel in gaan en dat de saus op basis van mayonaise wordt gemaakt.
In onderstaande versie gebruik ik walnoten, maar dat kunnen ook pecannoten zijn.
Met lekker brood is dit een maaltijdsalade.

hoofdgerechten

Waldorf-salade

INGREDIENTEN
  • 5-6 stengels bleekselderij
  • 1 groene appel
  • handjevol vers gedopte walnoten
  • 1-2 eetlepels mayonaise
  • 1 theelepel mosterd
  • 1-2 eetlepels crème fraîche
  • zout, peper
  • citroensap
BEREIDING

Schil de stengels bleekselderij met een dunschiller en snijd ze daarna in dunne plakjes.
Snijd de ongeschilde appel in blokjes of dunne plakjes.
Breek de walnoten grof.
Roer een saus van de mayonaise, mosterd en crème fraîche en breng deze op smaak met zout, peper en eventueel iets citroensap.
Schep de bleekselderij, appel en noten door de saus.

Voor 2 personen