Alle artikelen met het onderwerp:

pijnboompit

Taboule is een van oorsprong Arabische salade die wordt gemaakt met bulghur, het recept hiervoor staat al op deze site.
Taboule van bloemkool is een afgeleide ervan, een gerecht dat al zeker een jaar of vijf regelmatig opduikt, in restaurants bijvoorbeeld en in menig kookboek.
De bulghur wordt vervangen door geraspte of heel fijngehakte bloemkool, qua structuur lijkt die fijngemaakte bloemkool op bulghur, vandaar de naam ‘taboule’.
Het is een heerlijk fris voorgerecht, waarbij ik graag een gepocheerd of heel zacht gekookt ei serveer.
De bloemkool kan worden geraspt, maar in de keukenmachine lukt het ook.
Gebruik in dat geval wel de pulsknop, zodat je de structuur goed in de gaten kunt houden.

voorgerechten

Bloemkool-taboule

INGREDIENTEN
  • 2 eetlepels pijnboompitten
  • 1 niet te grote bloemkool
  • 2 lente-uitjes
  • 4 eetlepels fijngesneden bladpeterselie
  • 3 eetlepels fijngesneden koriander
  • 1 eetlepel fijngesneden munt
  • 4-5  eetlepels olijfolie
  • sap van 0,5-1 citroen
  • snufje gedroogde chilivlokken
  • zout, peper
  • 4 verse eieren
BEREIDING

Rooster de pijnboompitten onder regelmatig omschudden goudgeel in een droge koekenpan, laat ze op een bod afkoelen.
Snijd het grootste deel van de stronk van de bloemkool en snijd de kop van de kool in grote stukken.
Rasp de bloemkool op een niet te grove rasp.
Als de bloemkool in de keukenmachine gaat, verdeel hem dan in kleine roosjes en ‘pureer’ de kool met de pulsknop.
Doe het fijne bloemkoolkruim in een kom.
Snijd de lente-uitjes fijn en doe deze, samen met alle andere ingrediënten bij de bloemkool, voeg zout en peper naar smaak toe.
Verdeel de salade over 4 borden en leg er een gepocheerd (http://www.marliesbatelaan.nl/voorgerechten/salade-met-gepocheerd-ei/) of heel zacht gekookt ei op.

Voor 4 personen

Tip
Snijd 10-15 radijsjes in flinterdunne plakjes en voeg ze toe aan de salade.

 

Een klein voorproefje uit Roberto’s Pure Italiaanse Keuken (uitgeverij Terra), het boek waar ik gisteren over schreef; salade met sint-jakobsschelpen.

voorgerechten

Roberto’s salade met sint-jacobsschelpen

insalata alle capesante (2)
INGREDIENTEN
  • 4 dunne plakjes knolselderij
  • een handje pijnboompitten
  • 4 bladeren kropsla
  • 100 gram gemengde sla
  • 20 milliliter extra vergine olijfolie
  • zout
  • balsamicoazijn van heel goede kwaliteit
  • 4 plakken Cuore di Bue-tomaat (coeur de boeuf) of
  • vleestomaat
  • 12 sint-jakobsschelpen
BEREIDING

Bak de plakjes knolselderij in een droge, hete koekenpan in enkele minuten krokant.
Rooster de pijnboompitten in een droge koekenpan goudgeel, laat ze op een bord afkoelen.
Leg beide soorten sla in een kom en druppel er de olijfolie over, hussel goed, maar probeer de sla zo weinig mogelijk aan te raken (bij Roberto’s schudden we de kom!).
De olie zal een dun laagje vormen aan de buitenkant van de bladeren en bescherming bieden tegen de azijn en het zout. Maar dat duurt maar even, handel dus snel.
Bestrooi met een beetje zout (geen peper, want die is te sterk voor deze zachte sla) en voeg een paar druppels toe van de beste balsamicoazijn die je je kunt veroorloven. Hussel voorzichtig.
Serveren: leg een plak tomaat in het midden van elk bord, leg daarop een half blad kropsla en de helft van de gemengde sla.
Leg hierop nog een half blad kropsla en vervolgens de rest van de gemengde sla.
Garneer met een knolselderijchip en bestrooi met geroosterde pijnboompitten.
Verwarm voor het bakken van de sint-jakobsschelpen een pan op hoog vuur.
Bak de schelpdieren in een klein beetje olie of geklaarde boter 1 minuut aan elke kant en haal dan de pan van het vuur.
Besprenkel ze met een beetje balsamicoazijn en laat deze samen met de schelpdieren karameliseren.
Leg de sint-jakobsschelpen om de salade en serveer direct.

Voor 4 personen

Kies de slasoort die u het lekkerst vindt of maak een gemengde salade met kleine slablaadjes naar keuze en wat rucola en veldsla.
De ham wordt even krokant gebakken in wat olijfolie, het geeft de salade pit en een lekkere beet.

voorgerechten

Salade met krokante Parmaham

INGREDIENTEN
  • 5 eetlepels olijfolie
  • 6 plakken Parmaham
  • 3 eetlepels pijnboompitten
  • 1 krop sla naar keuze
  • 2 struikjes witlof of roodlof (of van beide één)
  • 1 eetlepel balsamico-azijn
  • 1 theelepel mosterd
  • zout, peper
  • 2 eetlepels zwarte olijven met pit
  • 50 gram Parmezaanse kaas
BEREIDING

Verhit 1 eetlepel olijfolie in een grote koekenpan en bak hierin de plakken ham krokant, doe dit eventueel in gedeelten.
Laat de plakken ham op keukenpapier uitlekken en breek ze in stukken.
Rooster de pijnboompitten in een droge koekenpan goudgeel en laat ze op een bord afkoelen.
Verdeel de krop sla in stukjes, haal de blaadjes los van de struikjes lof en meng ze met de slablaadjes.
Roer een dressing van de azijn, mosterd, 4 eetlepels olijfolie en zout en peper naar smaak.
Schep de dressing door de salade, strooi de pijnboompitten erover evenals de stukjes ham en de olijven.
Schaaf als laatste de Parmezaanse kaas erover.

Voor 4 personen

Het begon als een grapje, het werd een erg lekker grapje.
Ik had slechts een grote tomaat, zo’n smakelijke ‘coeur de boeuf’,  voor een voorgerecht, dus de enige oplossing was om deze in heel dunne plakjes te snijden.
Een carpaccio mag dit formeel niet heten, want de echte maak je met dun gesneden rauw rundvlees (zie http://www.marliesbatelaan.nl/voorgerechten/carpaccio-a-la-cipriani/), maar ik maak graag gebruik van deze populaire benaming.

voorgerechten

Carpaccio van tomaat

INGREDIENTEN
  • 1-2 eetlepels pijnboompitten
  • 1 grote smaakvolle, rijpe tomaat
  • zout, peper
  • enkele kleine basilicumblaadjes
  • 2-3 eetlepels olijfolie
  • stukje Parmezaanse kaas of pecorino
BEREIDING

Rooster de pijnboompitten onder regelmatig omscheppen goudgeel in een droge koekenpan.
Laat ze op een bord afkoelen.
Snijd de tomaat in flinterdunne plakken en verdeel deze, een beetje dakpansgewijs, over 2 borden.
Bestrooi de tomaat met wat zout en peper naar smaak en strooi de basilicum en pijnboompitten erover.
Druppel de olijfolie erover en garneer tenslotte met enkele dun geschaafde plakjes kaas. Serveer direct.

Voor 2 personen

De ui is niet direct een groente waaraan je denkt als bijgerecht, toch kun je er heel goed mee aan de slag.
Bij varkensvlees of lamsvlees bijvoorbeeld, maar ook bij wild en gevogelte smaakt een uiencompote verrukkelijk en deze kleine gekarameliseerde zoet-zure uitjes uit de oven zijn ook niet te versmaden.
Ze zijn ook erg lekker als onderdeel van een antipasti, die heerlijke Italiaanse voorgerechten.
Bovendien kun je ze al een dag eerder bereiden en heel voorzichtig verwarmen.
Als antipasti zijn ze het lekkerst op kamertemperatuur.
Ga op zoek naar kleine uitjes, ze hoeven niet piepklein te zijn, geen formaat zilveruitjes, maar ongeveer twee keer zo groot.
Kies, bij gebrek aan kleine uitjes, een kleine maat sjalotjes.

bijgerechten

Uitjes, zoet-zure

INGREDIENTEN
  • 750 gram kleine uitjes of sjalotjes
  • 50 gram roomboter
  • 1 eetlepel kristalsuiker
  • 3 eetlepels rode wijnazijn
  • zout, peper
  • 2 eetlepels pijnboompitten
  • 1 volle eetlepel gedroogde cranberries of rozijnen
BEREIDING

Snijd een stukjes van de onder- en bovenkant van de uitjes, maar doe dit niet te royaal, het is de bedoeling dat de uitjes tijdens het garen heel blijven en niet in stukken uiteen vallen. Verwijder de schilletjes.
Verhit de boter in een grote ovenvaste braadpan of stevige ovenschaal die groot genoeg is om de uitjes naast elkaar in te leggen.
Voeg, als de boter bruin begint te worden, de suiker en 2 eetlepels azijn toe.
Doe de uitjes in de pan, voeg wat zout en peper toe en schep alles goed om.
Bak de uitjes in open pan circa 20 minuten op heel zacht vuur, schep ze tussentijds slechts 1 keer om.
Voeg nu de pijnboompitten en cranberries toe en nog 1 eetlepel azijn, meng alles goed en zet de pan 40-45 minuten in een voorverwarmde oven op 140°C tot de uitjes mooi goudgeel gekarameliseerd zijn.
Schep ze tussentijds regelmatig om en houd goed in de gaten dat ze niet te donker worden, dan wordt de karamel bitter.
Serveer ze warm, maar niet heet.

Voor 4-6 personen

Omdat ik veel lekkere, gekookte basmatirijst over had, besloot ik daar een salade van te maken.
Ik doe dit niet vaak, meestal eindigt een restje gekookte rijst als nasi goreng of als rijstsoep, maar deze salade was een smakelijke en ook erg fraaie vinding.
De dressing mengde ik ruim een uur voor serveren met de rijst, zodat de smaken goed konden intrekken.
En de frisse groenten gingen er pas op het allerlaatst door.
De rozijnen zijn voor de liefhebber van een snufje zoet, ikzelf vind de puur hartige versie het lekkerst.

voorgerechten

Rijstsalade

INGREDIENTEN
  • 2 eetlepels citroensap
  • zout, peper
  • 1 theelepel (Dijon)mosterd
  • 4-5 eetlepels olijfolie
  • 400-500 gram gekookte (basmati)rijst
  • 2 volle eetlepels pijnboompitten
  • 4 lente-uitjes
  • 1 gele paprika
  • 1 theelepel komijnzaadjes
  • 1 bosje waterkers of een flinke handvol kleine spinazie- of rucolablaadjes
  • 2-3 eetlepels kleine of fijngeknipte basilicumblaadjes
  • eventueel 50 gram rozijnen
BEREIDING

Roer een dressing van het citroensap, zout en peper naar smaak, de mosterd en olijfolie.
Schep de dressing door de rijst, het liefst als deze nog een beetje warm is, en laat de smaken minstens 1 uur intrekken.
Rooster de pijnboompitten onder regelmatig omscheppen goudgeel in een droge koekenpan.
Laat ze op een bord afkoelen.
Snijd de lente-uitjes in heel dunne ringen en de paprika in kleine blokjes.
Kneus de komijnzaadjes in een vijzel of met de achterkant van een stevig mes.
Schep, vlak voor serveren, de pijnboompitten, lente-ui, paprika, waterkers, basilicum en komijnzaadjes door de rijst.
Voeg eventueel de rozijnen toe.

Voor 4-6 personen